Jeminee! Nu ook al retro-art en, of all places, in New York!
Ingegeven @ wo 21-03-2012. In: Verhaal & Kunst
Ik weet dat ik een impact op de wereld heb met deze website. Maar dat het huge zou wezen! Dat of all places in New York de internationale kunstwereld naar retro overstag gegaan is en mijn schelden op de juichtoon in de kunstwereld (zie hieronder) ter harte nam, wie had dat kunnen denken?
Ik las het in mijn beste NRC, waar Hans den Hartog Jager verslag deed van zijn bezoek aan 2012 Whitney Biennial in New York, waar “het nieuwe oud blijkt en het nieuwe nieuw is, of zoiets.” Scherpe waarnemer, die Den Hartog Jager, maar zijn voorkeur voor de Nederlandse schilder uit de Gouden Eeuw die er vertegenwoordigd is in werk van Werner Herzog steekt hij niet onder stoelen of banken.
Opvallend is bij hem het woord ‘vooruitgang’. Deze Biënnale zou daar “het einde” van inluiden, in de kunst althans. Kunstenaars keren zich af van het streven naar perfectie, naar groter en beter, aldus Den Hartog Jager. Ariella Budick van The Financial Times van 6 maart had dit filosofische bereik van deze Whitney (for the record, opgezet door Elizabeth Sussman & Jay Sanders) niet tot haar beschikking, maar zij schreef wel, o heerlijk geluid (zie, weer, mijn Juichtoon): “The curators resist the art market’s fondness for stunt-like spectacle and seamless execution. Nothing here is huge. Irony lies dormant. No one tries to gobsmack viewers, or even extract a whispered “wow”. The slick showmanship of Jeff Koons or Maurizio Cattelan, involving teams of fabricators slaving away in some undisclosed location, couldn’t be more remote from the modest, improvisational and occasionally amateurish efforts on view at the Whitney.”
Maika Pollack van de Gallarist NY van 28 februari is al even enthousiast over deze Whitney Biënnale. Een plek waar je geweest moet zijn. Met ook veel ruimte voor Herzog met zijn video installatie Hearsay of the Soul, over onze landgenoot Hercules Segers. Volgens Pollack met reden aangeprezen als “the first modernist”. Bij haar geen woorden als ‘retro’, ‘nostalgia’, of ‘eind van de vooruitgang’, maar hier luidt de benaming van dit vernieuwend oude: “eccentric historicism.”
Enfin, ik ben ontroerd zoals men gevolg heeft willen geven aan mijn ideeën betreffende ‘de razernij van de vernieuwing’ en de onvermijdelijke humanisering van de samenleving die daarop dient te volgen.
What’s next?